GEMERT – Ze groeiden op in Gemert, maar kenden elkaar niet, ook al had zíjn tweelingzus pianoles van háár moeder. Nu zijn ze beide lid van het symfonieorkest van de Vrije Universiteit Amsterdam. Renee Vogels (24) en Lucien Renette (19) spelen binnenkort Symfonie nr.2 van Mahler. Op 24 januari in Muziekgebouw Eindhoven (nog kaarten verkrijgbaar), een dag later in het Amsterdams Concertgebouw (uitverkocht).
Door Maarten Mols
Renee is een telg uit de muzikale Gemertse families Vogels en Seijkens. Ze stond als danseres vaak op het Eendrachtpodium en speelde in bijvoorbeeld het Stemp-musicalorkest. Ze studeerde niet alleen viool (Rotterdams conservatorium), maar ook hersenwetenschappen in Middelburg en bewegingswetenschappen in Amsterdam. Daar ontdekte ze het VU-Orkest. “Een groot symfonieorkest is echt anders dan solospel of kleine ensembles. En dan ook nog Mahler. Ik heb nog nooit zo’n groots stuk gespeeld.”
Lucien vond kiezen niet moeilijk. Hij wilde van jongs af aan de muziek in. Na het Kunstlokaalensemble Con Cinco en jarenlange zaterdaglessen in Tilburg belandde hij bij Jeugdorkest Nederland. Hij trad al op bij Zalige Zondagen en Radio 4. Inmiddels is hij, na een ‘och-laat-ik-het-eens-proberen-auditie’, opeens concertmeester. Dat is de hoofdviolist op de eerste stoel links van de dirigent. Leden van het VU-Orkest studeren conservatorium, zoals Lucien, maar soms (ook of alleen) natuurkunde of geschiedenis in andere steden. Het is aantrekkelijk om de gezelligheid van een amateur-studentenvereniging te combineren met uitdagingen op hoog muziekniveau. Zo speelden Renee en Lucien in Carré de opera La Bohème en gingen ze op tournee naar Italië. En dan nu ‘Mahler 2’, een groot project dat voor veel beroepsorkesten vanwege de uitgebreide bezetting te duur is. De vijfdelige symfonie, een soort filosofische reis tussen de dood en het hiernamaals, is geen lichte kost. De uitvoering vergt anderhalf uur opperste concentratie van de 120 musici en de 130 zangers. Het VU-Orkest durft het aan.
Naast wekelijkse woensdagavondrepetities is veel zelfstudie nodig. “Tja”, aldus Renee, “vijftig pagina’s bladmuziek is heel veel muziek”. Lucien vult aan: “Bij de projectstart in september studeerde ik soms wel drie uur per dag. Maar het is de inspanning waard. Als ik dan later achter me die enorme orkestklank hoor, dan word ik gedragen door de muziek. Heerlijk! In deze laatste fase wil ik elke dag Mahler even aanraken.” Als concertmeester zet hij samen met dirigent en bestuur bovendien de muzikale lijnen uit. En bij audities zit hij tegenwoordig aan de andere kant van de tafel om nieuwe instrumentalisten te beoordelen. Op zijn negentiende legt hij de basis voor een toekomst in de muziek.
Renee gaat niet voor een carrière als beroepsmusicus, maar werkt inmiddels als producer bij het Prinses Christina Concours. Ze ontdekte dat ze ‘doen en regelen’ heel leuk vindt. Zeker als het in de cultuurwereld is, bij projecten rondom klassieke muziek, jazz, jonge componisten en voor basisscholen. Allerlei passies komen er voor haar samen. “Het voelt helemaal niet als werk”.
Tot slot: “Zijn jullie zenuwachtig?” Daarover zijn Renee en Lucien het helemaal eens: “Nee, we hebben er vooral heel veel zin in.”